Word abonnee en neem Beursduivel Premium
Rode planeet als pijlen grid met hoorntjes Beursduivel

Over beursprestaties en populaire vooroordelen

Over beursprestaties en populaire vooroordelen
Beeld: iStock

Voor de beurzen gelden heel wat populaire uitspraken die te pas en te onpas worden gebruikt om al dan niet behaalde rendementen te verklaren.

Enkele voorbeelden daarvan zijn: “Verkoop in mei en kom terug in september (na het vakantiereces)”, “Let op want oktober komt eraan” en “De kerstman zorgt altijd voor een rally”. In welke mate worden deze ‘vooroordelen’ effectief ondersteund door harde data?

Historische data onder de loep

Onderstaande tabel omvat een steekproef van 600 maandelijkse rendementen op de brede Amerikaans markt. Ze staan gerangschikt van hoog naar laag en geven de frequentie weer van hoe vaak elke maand van het jaar voorkomt in de rangschikking, zowel aan de gemiddeld goede zijde als aan de gemiddeld slechte zijde.

In het donkergroen en donkerrood wordt aangeduid of de maand gemiddeld meer in de top- of in de floprangschikking voorkomt.

Wat stellen we vast?

  • Februari, augustus en vooral september zijn maanden die blijkbaar historisch zeer vaak teleurstellen en zelden schitteren.
  • Januari scoort op beide fronten zeer goed en zeer slecht en maakt dus zijn naam waar van god met twee gezichten.
  • Relatief goede maanden zijn april, november en december met zeer weinig negatieve verrassingen.
  • “Verkoop in mei”? Op basis van bovenstaande tabel is dat allesbehalve evident, net zoals “terugkomen in september na de strandvakantie”.
  • “Pas op voor oktober”? Aan de flopzijde zien we dat oktober een vrij gevaarlijke maand kan zijn. De twee allerslechtste maanden in de steekproef zijn oktober ’87 en oktober ’08, wat waarschijnlijk aan de basis lag van de uitspraak. Maar wanneer we de rangschikking aan de flopzijde dieper uitspitten, is oktober een gemiddeld normale maand. Daarenboven scoort oktober relatief zeer goed aan de topzijde dus ook hier is het adagium “opletten geblazen voor oktober” gebaseerd op enkele dramatische momenten en niet op harde frequente data van de volledige steekproef.

Biedt bovenstaande tabel dan de garantie dat de geschiedenis zich in 2024 herhaalt en dat februari voor beleggers bijvoorbeeld een teleurstellende maand zal worden? We kunnen enkel afwachten en de balans opmaken op 1 maart 2024, maar de geschiedenis en empirische data wijzen wel uit dat die kans tot de mogelijkheden behoort.

Misleidende statistieken en gemiddeld verwacht jaarlijks rendement

Wanneer beurshuizen bij aanvang van het nieuwe jaar een voorspelling publiceren over het verwachte rendement van uw aandelenportefeuille voor de komende 12 maanden, valt het op dat de voorspellingsvork vaak 7 à 8% bedraagt. En dat is geen toeval...

Onderstaande steekproef van de Amerikaanse brede markt omhelst zeventig jaarlijkse rendementen over de periode 1951-2020. Wanneer we echter van start- tot eindpositie – namelijk van 31/12/1950 tot 31/12/2020 – berekenen welk constant gemiddeld jaarrendement vereist zou zijn geweest om hetzelfde resultaat te behalen, dan bekomen we een constant jaarrendement van 7,8%.

Vandaar dus dat die gemiddelde maatstaf ook veelvuldig gebruikt wordt. De weg naar de hel is echter geplaveid met gemiddelden en er bestaat zoiets als een standaardafwijking, of een indicatie van in welke mate het gemiddelde representatief is voor alle observaties.

Wat de steekproef zelf betreft, hebben we de jaarlijkse rendementen in verschillende secties opgesplitst, van extreem teleurstellend (negatief tot grootste jaarlijkse uitschuiver van -38% in 2008), tot ‘gemiddeld’ (5% tot 10%) en verder opschuivend naar uiteindelijk uitermate positief (20%-45%). De frequentiestaat is veelzeggend…

Deze frequentieverdeling is eigenlijk een omgekeerde normaalverdeling of Gauss-curve, waarbij het gemiddelde zeer zelden voorkomt en de extreme observaties meer de regel vormen dan de uitzondering.

Onze zogenaamde gemiddelde rendementsvork (5 à 10%) komt in slechts 8,6% van de gevallen voor (6 op 70 observaties) terwijl de extremen gezamenlijk goed zijn voor 53% van de observaties (37 op 70).

Wat kunnen we dan concluderen over de voorspellingskracht van verwachte rendementen?

  • Er moet steeds voorzichtig omgesprongen worden met statistieken en bepaalde modellen. Zeker als die uitgaan van een normaalverdeling zijn ze commercieel zelfs gevaarlijk. Vroeger was het bijvoorbeeld gewoon om aan cliënten te verkondigen hoeveel verlies ze maximaal zouden kunnen lijden, met 95 of 99% zekerheid, op basis van dit model en hun portefeuillesamenstelling. Heel vaak zat men er echter naast, en nog geen klein beetje.
  • Econometristen hebben een adagium dat luidt: “wanneer je voorspelt, voorspel dan vaak en herhaal op basis van nieuwe feiten”. Dus ons verwacht rendement op 31/12/24 zal met enige nauwkeurigheid vastgelegd worden wanneer de Sint en de Kerstman dit jaar hun opwachting maken. En dan gaan we uiteraard voor +20%!
Christofer Govaerts is Chief Economist & Investment Strategist bij Bank Nagelmackers. Deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen.

Macro & Bedrijfsagenda

  1. 12 februari

    1. Faillissementen januari (NL)
    2. TINC Q4-cijfers
    3. Siemens Energy Q1-cijfers (Dld)
    4. ABN AMRO Q4-cijfers
    5. Ahold Delhaize Q4-cijfers
    6. Heineken Q4-cijfers
    7. Randstad Q4-cijfers
    8. TINC Q4-cijfers
    9. Hypotheekaanvragen wekelijks (VS)
    10. Kraft Heinz Q4-cijfers (VS)
de volitaliteit verwacht indicator betekend: Market moving event/hoge(re) volatiliteit verwacht