Fermin Romero de Torres IX schreef op 21 maart 2023 18:27:
Met het debacle van Credit Suisse dat zich afgelopen week ontvouwde, doemt de vraag op: lopen beleggers in de certificaten van Rabobank ook gevaar? Niet direct, is het eerste antwoord. Maar ze zullen de aardverschuiving in hoe naar achtergesteld wordt gekeken, wel in de koers van de belegging terugzien.
Het begrip achtergesteld heeft sinds zondag een nieuwe dimensie gekregen. In het verleden nam men nog voetstoots aan dat houders van additional tier 1-obligaties (AT1) bij een faillissement achteraan stonden in de rij van schuldeisers, maar nog wel vóór de aandeelhouders kwamen. Beleggers bestudeerden de dikke prospectussen van nieuwe emissies niet tot op de komma. Maar bij de redding van Credit Suisse krijgen aandeelhouders nog wel een vorm van vergoeding en de AT1-houders niet. Zij gaan dus voor obligatiehouders.
De uitgevende instelling mag AT1's toerekenen aan het bufferkapitaal. Vooral banken gebruiken deze instrumenten om te kunnen voldoen aan de verplichte solvabiliteit. Ook bij Rabobank tellen de certificaten mee in het eigen vermogen. Denkt de toezichthouder dat de bank niet meer levensvatbaar is, conform de situatie bij Credit Suisse, dan kunnen bezitters van de certificaten een deel van hun inleg verliezen.
Maar er schuilt nog een ander gevaar voor de certificaathouders. Sinds de eerste problemen in de bancaire wereld zich voordeden, begin deze maand, is de risicovergoeding van de Rabobank-certificaten in vergelijking met het effectief rendement op een tienjarige Nederlandse staatslening flink opgelopen. Op staatsleningen daalde het rendement van 3,03% naar 2,51%, terwijl de koers van de certificaten daalde van 98% naar 94% en de risico-opslag steeg dus van 3,6 procenpunt naar 4,4 procentpunt. Het rendement op obligaties beweegt tegengesteld aan de obligatiekoers. Nu iedereen doordrongen is van de grotere risico's bij achtergestelde leningen, wordt een hogere vergoeding geëist.
En wanneer de Europese Centrale Bank vasthoudt aan zijn beleid om de hoge inflatie te bestrijden met hogere rentes, zal het rendement op staatsleningen nog fors gaan oplopen. Het is niet ondenkbaar dat een dit jaar nog niet gezien niveau van bijvoorbeeld 4% wordt bereikt. De koers van de Rabobank-stukken zal dan nog een aanzienlijke correctie doormaken. Rekening houdend met de verhoogde risico-opslag van 8,4% is een niveau van 77% voor de huidige certificaten met een couponrente van 6,5% niet ondenkbaar ((6,5/77)*100=8,4%).
Al valt dat nog in het niet bij de obligatiehouders van Credit Suisse, zoals verzekeraar Aegon — zij zijn alles kwijt. De Rabobank-houders moeten, bij een gelijkblijvende risico-opslag van 4,4 procentpunt en een algehele rentestijging naar 4%, een koersverlies accepteren van 94% naar 77% en dat doet toch ook pijn in de kontzak.